Opinie en verhaal

Column: Vlekkenkampioen

- advertentie -

Het is mij gelukt! Ik ben mijn vrouw voorbijgestreefd op het gebied van kleding wassen. Of beter gezegd om een bijkomende randzaak op te lossen, letterlijk! Ik heb het voor elkaar gekregen een halsstarrig vlekje welke op mijn favoriete (Terschelling) hoodie zat, ervanaf te krijgen. Al maanden was dat vlekkie haar én mij een doorn in het oog. Het vlekkie leek ook steeds groter te worden, net zoals Toon Hermans ooit zong in het liedje ‘Vader gaat op stap: ’Vader denkt: ‘Nou ja, een vlekkie..Maar hij krijgt een hekel aan dat nekkie, net of het vlekkie steeds groter wordt!’

- advertentie -

Dat hadden wij met mijn vlekkie.

Nu is wassen het koningsnummer van mijn vrouw. Dat is haar expertise waar ze heel veel genoegen uit kan halen. En dat weet iedereen om haar heen ook want van heinde en ver benaderen ze haar voor tips en tricks als het om wassen gaat. En nooit is het haar te veel, voor ik het weet is het gewassen, gestreken en ligt het weer in de kast.

Als er was-kampioenschappen gehouden zouden worden dan pakte zij alle prijzen!

Randzaken zoals vlekkies had zij ook altijd onder controle. Toen ik nog in mijn flatje in Den Haag woonde knoeide ik wat af waardoor mijn garderobe het flink te verduren kreeg. Via Skype smeekte ik om advies. Want als zij een weekendje naar Den Haag kwam wilde ik er wel netjes bijlopen.

“Ossengal! Je moet even ossengal halen.” Ik had daar wel eens van gehoord:

“Oké, dan ga ik zo even naar de dierenspeciaalzaak.” Ze negeerde mijn ‘grap’ stoïcijns: “Je wrijft die zeep op de vlek en dan met een hard borsteltje extra inwrijven.” Een uur later lag ik voor de wasmachine shirts en broeken in te wrijven met ossengal en moest ik toegeven dat het werkte. Ik werd zelfs nonchalant, lette niet meer zo op om vlekkies te voorkomen. Soms zelfs expres, om haar een beetje te plagen.

Maar dat vlekkie in mijn hoodie was toch wel van een andere orde!

Vrouwlief herinnerde mij er steeds aan wanneer ik hem aantrok. Ze had er alles maar dan ook alles aan gedaan om het vlekkie te verwijderen maar niets hielp en dat ventileerde ze, logisch, op mij. Dat ik toch eens beter moest opletten met koken. En eten! Ze vond het zonde van die mooie trui en weet je, ze had daar helemaal gelijk in! Ik kreeg acuut vlekkenschaamte en begon ontwijkend gedrag te vertonen door, als ik de trui aan had, niet ermee naar buiten te gaan.

Of ik deed er een jas overheen, nog infantieler.

Op een mooie dag was ik er helemaal klaar mee en beloofde haar plechtig dat ik mijn leven zal beteren. Dat ik voortaan tijdens het koken een schort zal dragen. En dat ik dat schort gewoon aanhoud bij het eten. En als dat schort op een schilderij van Picasso begint te lijken en in de was moet, dan beloofde ik om een slabbetje om te doen. Dat draagt mijn kleindochter ook en het is best wel handig. En ja, ik had dat pas op latere leeftijd verwacht te moeten dragen maar helaas, mijn krediet was verspeeld.

Het roer moest om!

Want ik verpestte haar meesterwerkjes en ik begreep volkomen dat zij daar erg mee zat. Als ik gekookt heb hoor ik ook liever dat het eten lekker is in plaats van niet te kanen. Dat koken is trouwens wel een dingetje. Het gaat er soms nogal ruig aan toe. Zowel op het aanrecht, in de gootsteen en op het laminaat ligt wel iets van die chaos. Wanneer ik daarmee geconfronteerd werd gaf ik steevast onderstaand antwoord:

Het gaat niet om de kwaliteit maar om de kwantiteit!

Sinds het maken van die belofte durf ik wel te beweren dat het goed gaat. Heel goed. Misschien was het daarom wel dat ik eens ging nadenken over dat vlekkie in mijn lievelingstrui. Maar iets in mij zei dat ik dat nog even niet hardop moest zeggen tegen mijn vlekkenkampioen want het is natuurlijk niet leuk als je ergens goed in bent en een ander zegt dat die het beter kan. Ik bladerde wat rond in Libelle’s en andere vrouwvriendelijke bladeren. Maar naast artikelen over familieruzies, mode, niet vaak voorkomende seksuele voorkeuren of aanverwante escapades en reacties van lezers op de vorige onderwerpen van deze bladen kwam ik nergens de Gouden Tip tegen hoe een vlek ontvlekt kon worden.

Dan maar even Googlen in mijn mancave!

Er kwamen maar liefst tien tips naar voren. Notabene van een kledingwinkel en best wel duurzaam. Want naast dat ze kleding wilden verkopen kwamen ze ook met adviezen om vlekken te lijf te gaan. En niet met spuitbusjes Wondermiddel om daar weer aan te kunnen verdienen. Dat is heden ten dage best wel bijzonder te noemen want er wordt heel wat (goede) kleding zomaar weggegooid wanneer er bijvoorbeeld een knoop mist, een naadje loszit of wanneer er onuitwisbare vlekkies opzitten.

Waardoor de kledingkast van Moeder Aarde aardig vol begint te raken.

Trouwens, die scheuren in (spijker)broeken die we tegenwoordig veel zien, dat hoort zo hoor. Dat is niet uit armoede of dat de opvoeders niet meer weten met naald en draad om te gaan.

Nee, dat is mode.

Afijn, ik las de eerste optie van de tien tips en voerde deze uit: Wrijf de vlek in met afwasmiddel, laat dit intrekken en stop het dan in de wasmachine. Schoorvoetend vertelde ik mijn geliefde wat ik gedaan had en in plaats dat ze boos werd omdat ik haar expertise in twijfel had getrokken, schoot ze in de lach. En even later draaide de wasmachine en kwam het geduld om de hoek kijken want het betrof een donkerblauwe hoodie en die moest eerst goed droog zijn wilden wij het resultaat zien.

Twee dagen later hoorde ik enthousiaste kreten van boven: “De vlek is eruit!”

Vrolijk dansten we elkaar tegemoet en knuffelden elkaar. Blij als een ei deed ik mijn hoodie aan en keek ik in de spiegel:

“Zit mijn dasje goed? Zit mijn hoodie goed? Vader gaat op stap!”

- advertentie -

Dit kan u ook interesseren

Back to top button